Onze wereld is de afgelopen paar duizend jaar steeds vreedzamer geworden. Ook onze maatschappij is in rap tempo steeds minder gewelddadig geworden. Dat is iets heel moois, echt iets om heel blij mee te zijn.
Een bijwerking daarvan is dat we steeds minder van geweld afweten. Daardoor veroordelen we al gauw alles wat met geweld te maken heeft. En dat geeft soms een totaal verkeerde boodschap aan onze kinderen en aan de mensen om wie we geven. Daardoor ontstaat een hoop lijden. Maar – wat is eigenlijk geweld?
Geweld is een weg
Veiligheidsexpert (en ervaringsdeskundige) Marc MacYoung noemt geweld wel eens een weg. Onlangs schreef hij op zijn facebook-pagina dat mensen vaak niet erkennen dat ze zelf al gewelddadig bezig zijn, bijvoorbeeld door hun manier van praten. Als de ander dan fysiek geweld gebruikt, noemen ze dat “geweld” en lijken ze totaal verrast dat dit ineens gebeurt.
In werkelijkheid bevind je je altijd ergens op die weg. Geweld is er altijd, want het is onderdeel van het leven. In hun programma Scaling Force benoemen Rory Miller en Lawrence Kane, veiligheidsexperts uit de VS, zes niveaus van geweld. Dit is een systeem dat de politie in de VS gebruikte om te bepalen of een bepaald gebruik van geweld door agenten gerechtvaardigd was. Je ziet de niveaus in de afbeelding bovenaan deze post.
Binnen elk niveau is er ook weer een schaalverdeling. Daar is geen simpele regel voor te verzinnen: dat moet je per geval bekijken.
Aanwezigheid
Zoals je ziet, is het laagste niveau van geweld aanwezigheid. Dat geeft dus al aan dat je je altijd ergens op de weg van geweld bevindt. Je kunt niet zonder geweld in de wereld aanwezig zijn. Het feit dat je woont in een huis, betekent dat daar vroeger bomen groeiden en dieren leefden, en dat die plaats hebben moeten maken voor jou.
Deze niveaus van geweld hebben op zichzelf geen ethische waarde in zich. Zowel een aanvaller als een verdediger, zowel een dader als een omstander, kunnen op elk moment kiezen welk niveau van geweld ze gebruiken. Een stalker is bijvoorbeeld iemand die op het niveau van “aanwezigheid” zit. Een demonstrant ook. Of een beveiliger die door een winkel loopt.
Woorden
Het tweede niveau is woorden. Dat betekent niet alleen schelden of schreeuwen. Het kan ook gewoon zijn: iemand steeds onderbreken. Of heel pedant doen. Of “Nee” zeggen natuurlijk. Maar ook op een zeer redelijke toon iets de grond in praten waar een ander erg aan gehecht is.
Binnen dit niveaus zijn er natuurlijk weer allerlei subniveaus. Liegen, bedriegen, verbaal intimideren, bedreigen: allemaal gebruik van woorden, en allemaal verschillend in intensiteit, afhankelijk van de situatie en hoe ze gebruikt worden.
Dit is dus een heel breed niveau. Altijd als je verbaal in contact bent met andere mensen, kun je daarin meer of juist minder gewelddadig zijn. Je kunt beleefdheidsvormen negeren, praten over taboe onderwerpen, nalaten eerbiedige taal te gebruiken, niet erkennen wie er hoger in rang is, et cetera. Heb je het recht om al die dingen te doen? Zeker. Maar ontken niet dat het geweld is.
En ontken ook niet dat het consequenties heeft. Rory Miller beschrijft een Engelsman die in Turkije zegt: “Zo doen wij dat niet in de beschaafde wereld.” Mag je dat zeggen van de wet? Ja hoor. Praatte de man op redelijke toon? Ja. Deed hij het zonder te schelden? Ja. Maar is het een goeie manier om uit de problemen te blijven? Eh nee.
En ja, verbaal geweld plegen kan ook met geweldloze communicatie. Ik ken mensen die “geweldloosheid” als zo’n sterke ideologie hebben, dat ze elke vorm van fysiek geweld per definitie afwijzen. Ze gebruiken de technieken van geweldloze communicatie – maar zijn ondertussen erg gewelddadig in hun toon, in hun arrogantie, en in hun weigeren echt naar de ander te luisteren.
Ik weet het: “nee” zeggen is moeilijk. Omdat je met “nee” iemand afwijst, en dat doet pijn. Maar mensen die geen “nee” willen zeggen, doen vaak beloftes die ze niet na kunnen komen, maken van kleine dingen iets heel groots, en houden heel veel opgekropte woede in zich vast.
Ironisch genoeg gebruik je daarmee dus een hoger niveau van geweld dan als je gewoon “nee” had gezegd. Als je een belofte doet die je niet kan komen, lieg je. Als je van iets kleins iets heel groots maakt, beschuldig je een ander onterecht. Als je opgekropte woede in je vast houdt, komt dat er later, meestal tegen een zwakkere, alsnog uit.
Onlangs hoorde ik dat beoefenaars van vechtsporten en martial arts eerst een verbale waarschuwing moeten geven voor ze zich verdedigen. Volgens mij werkt dat averechts. Als je een waarschuwing geeft, maak je een belofte. Die moet je dan ook wel nakomen, anders val je door de mand, en dan krijg je nog erger geweld over je heen. Ten tweede kan het heel escalerend werken, want veel daders hebben issues met hun mannelijkheid, en die kunnen zich dan tegen zichzelf verplicht voelen om dan ook maar echt aan te vallen.
Fysiek geweld
Wat de meeste mensen als “fysiek geweld” bestempelen, is iets dat ze lichamelijk pijn doet. En dat wordt vaak op een grote hoop gegooid. Maar zoals je in het bovenstaande schema kunt zien, zijn er 4 fysieke niveaus.
Aanraken
Een aanraking zou iemand eraan kunnen herinneren wat belangrijk is in het leven, waardoor hij misschien vertrekt uit een situatie die op springen staat. Of het kan juist de vlam in de pan zijn. Een seksuele aanraking waar de ander niet om heeft gevraagd, is een aanranding.
Klemmen
Klemmen zijn een manier om iemand zijn of haar vrijheid te beperken. Een vorm van klemmen is de houdgreep, waarmee je iemand tegen de grond gedrukt kunt houden. Realistisch gezien heb je daar meestal meerdere mensen voor nodig. In zelfverdedigingssituaties heb je dat overwicht per definitie niet.
Een subgroep van klemmen is wat meestal in de martial arts geleerd wordt: manipulaties van ledematen gebaseerd op een pijnprikkel. Vaak worden die op zichzelf staand aangeleerd, maar dat is niet waar ze voor bedoeld zijn. Ze zijn bedoeld als onderdeel van een flow om iemand ofwel tegen de grond te drukken (als je genoeg personeel hebt) of verder fysiek geweld aan te doen. Op zichzelf staand werken ze niet.
Voor handhavers zijn klemmen uitermate belangrijk, omdat ze helpen om iemand zo ongedeerd mogelijk te arresteren. Ook voor daders van allerhande interpersoonlijke misdaad zijn ze belangrijk. Maar dit niveau is een te laag niveau om van nut te zijn in zelfverdediging.
Minder dodelijk geweld
Het niveau minder dodelijk is expres zo genoemd, omdat je niet kunt garanderen dat jouw “minder dodelijke” techniek niet toch dodelijk is. Met rubber kogels kun je ook iemand doodschieten. Idem met Tasers en andere moderne wapens.
Iemand in z’n been schieten is een beter alternatief dan hem gelijk door het hoofd schieten, maar als je de dijslagader raakt, kan iemand zeer snel overlijden. Iemand tegen de grond slaan kan als niet-dodelijk bedoeld zijn, maar als je tegenstander valt en zijn hoofd hard stoot, kan hij daaraan toch overlijden. Vandaar dat dit niveau hernoemd is naar “minder dodelijk” in plaats van “niet dodelijk”.
Voor zelfverdediging is dit het meest gepaste niveau. Het is te gevaarlijk om een lager niveau te kiezen op het moment dat het fysiek wordt. Klemmen zijn niet functioneel en aanraken kan alleen maar escalerend werken. Vergeet ook niet dat de dader is voorbereid. Je zult hem dus zoveel agressie moeten bieden dat het overtreft waar hij zich op voorbereid heeft.
Dodelijk geweld
Bij dodelijk geweld is je intentie echt “hij of ik”. Ik zou zeggen dat een aanvaller met een mes een goede rechtvaardiging zou kunnen zijn om dodelijk geweld te gebruiken. Een mes is een zeer gevaarlijk wapen dat met elke slag dodelijke schade kan toebrengen. Daar kun je niet met halve maatregelen tegen komen.
In Nederland zijn minder vuurwapens in omloop, maar ook een aanvaller met een vuurwapen moet hoe dan ook uitgeschakeld worden. Overleeft de aanvaller het, dan is dat mooi meegenomen. Maar aanvallers met dergelijke wapens kunnen jou met elke handeling die ze doen, doden. Het is teveel gevraagd om rekening te houden met hun veiligheid.
Ook het geval van meerdere aanvallers zou een geval kunnen zijn waarin dodelijk geweld gepast is. Je kunt niet elke tegenstander een voor een blijven afweren. Dat kan in de film, maar in het echt is dat realistisch. Afhankelijk van de situatie zou het dan ook kunnen zijn dat je hier dodelijk geweld gebruikt.
Wil je weten hoe dit wettelijk in elkaar zit, ga dan praten met een strafrechtadvocaat. Ik kan me goed voorstellen dat een jurist het niet eens is met wat ik hier beschrijf. Dit is dan ook geen rechtvaardiging van individuele gevallen en geen juridisch advies.
Wat meet dit schema?
Volgens mij is het schema niet compleet. Moord, verkrachting en marteling staan er allemaal niet in. En toen ik me dat bedacht, vroeg ik me ineens af, wat meten we met dit schema?
Volgens mij is het schema oorspronkelijk bedoeld om niveaus van geweld weer te geven in oplopende volgorde van “hoe erg”. Ik noem dat even “intensiteit”. Het werd immers gebruikt bij de politie om in te schatten of een agent niet buiten zijn of haar boekje was gegaan. Maar wat is dan intensiteit? Hoe meet je dat iets erger is dan iets anders?
En toen dacht ik, volgens mij kijken we hier naar hoe erg iemands grenzen worden overschreden. Iemands “Aanwezigheid” overschrijdt alleen mijn grens van “overal naar toe kunnen gaan”. Iemands “Woorden” overschrijden mijn grens “Geen dingen hoeven horen die mij pijn doen.” “Aanraken” overschrijdt mijn grens “een eigen fysieke ruimte mogen hebben.” En zo verder.
Dus ik noem het “intensiteit – mate waarin je iemands grenzen overschrijdt”.
Waarom moord en marteling niet op de schaal staan? Omdat deze schaal alleen geweld weergeeft dat je acuut gebruikt. Je komt in een bepaalde situatie terecht, en daarin gebruik je één van de niveaus om de situatie op te lossen. Dat is hoe het oorspronkelijk bedoeld is.
Kan ik die andere vormen van geweld er dan toch opzetten? Volgens mij wel, maar het wordt wel ietwat kunstmatig. Na “Dodelijk geweld” komt een hele dikke streep. Daarboven komt Moord.
Moord
Waarom die dikke streep? Omdat we nu gaan naar het niveau van de voorbedachten rade. Acuut dodelijk geweld, daar heeft de ander nog iets over te zeggen. Als hij stopt met mij aanvallen, hoef ik niet naar het niveau van dodelijk geweld. Hij heeft daar dus inspraak in. Bij moord heb ik van tevoren al bedacht dat ik die persoon ga doden. Wat hij of zij ook gaat doen. Daar heeft die persoon helemaal geen inspraak meer in. Dus nu ben ik de grens van die persoon op een ergere manier aan het overschrijden.
Verkrachting
Daarboven komt verkrachting. Is verkrachting een ergere overschrijding van de grenzen van de ander dan moord? Ja, want moord kan nog gaan om een ding dat helemaal niet met moord te maken heeft. Ik kan iemand vermoorden omdat ik zijn diamanten wil. Die moord is even vervelend, maar het gaat me om de diamanten.
Bij verkrachting is het geweld onderdeel van datgene wat je wil. Daar kunnen we lang en breed over discussiëren, maar onderaan de streep, of je nou een pick-up artist of een “man in de bosjes” bent: je krijg hetzelfde, namelijk: seks met een vrouw die dat niet wil. Zeker als je dat meer dan eens doet, hoort het geweld dat je gebruikt gewoon bij jouw wensenpakket.
Moord kan dus nog zijn wat we “instrumenteel geweld” noemen: een instrument om iets anders te bereiken. Bij verkrachting is het geweld zelf het doel. In het Engels noemen we dat “process predation”.
Marteling, kindermisbruik en kinderporno
Daarboven komt dan ergens marteling, en dan kindermisbruik, en dan kinderporno. Is verkrachting van kinderen dan erger? Ja, want je maakt gebruik van het feit dat je slachtoffer vertrouwend is, nog niet goed weet hoe de wereld werkt, niet voor zichzelf op kan komen, nog niet volgroeid is; en ook dat is allemaal onderdeel van het pakket dat je wilt en krijgt.
Kinderporno is dan weer een ergere overschrijding, omdat die beelden er zijn en andere mensen in staat stellen om keer op keer de grenzen van het slachtoffer te overschrijden, terwijl die er zelf niks tegen kan doen.
En ook hier speelt weer voorbedachten rade. Het is moeilijk om een verkrachting of kindermisbruik succesvol uit te voeren. Om alle facetten: slachtoffer, plaats, tijd, dwangmiddel, etc etc, logistiek in orde te hebben, zonder gepakt te worden door de politie, betrapt te worden door derden, en zonder dat je slachtoffer aangifte doet – dat krijg je niet zomaar voor elkaar. Dus als je daar wel in slaagt, dan zit je behoorlijk diep in je “vak”. Dan weet je donders goed wat je aan het doen bent.
De niveaus met voorbedachten rade zijn dus altijd hoger dan het niveau waar jij als verdediger op zou kunnen gaan zitten, simpelweg omdat die ander zich heeft voorbereid, en jij wordt geconfronteerd met een situatie waar je maar wat van moet maken. De dader heeft al kunnen nadenken over welk niveau van geweld hij of zij wil gaan gebruiken, en heeft alle middelen al in stelling gebracht om tegen je te kunnen gebruiken.
En nog een belangrijk aspect dat vaak over het hoofd wordt gezien: die dader gaat dus vrijwillig op dat niveau zitten. Terwijl wij gewone mensen al moeite hebben op het niveau van “aanraking” te gaan zitten. Want als je op zelfverdediging gaat, kom je al je eigen blokkades om een ander pijn te doen, keihard tegen. En die blokkades hebben gezonde mensen allemaal. Dus bedenk je wat het betekent dat iemand die vrijwillig opzij kan zetten.
Het volledige schema wordt volgens mij dus als volgt:
Terug naar het laagste niveau
Misschien heb je tussen de regels door al gelezen dat ik het idee heb dat er vaak ofwel een te laag ofwel een te hoog niveau van geweld wordt gebruikt – in het dagelijks leven:
Iemand twee weken lang voorliegen over een afspraak die toch niet gaat komen in plaats van één keer eerlijk “nee” zeggen is een hoger niveau van geweld gebruiken dan nodig is. Zeggen dat je niet kunt terwijl je eigenlijk niet wil en daarbij glimlachen is een lager niveau dan wat je nodig hebt.
In een optimale situatie zou je natuurlijk altijd het laagst mogelijke niveau van geweld gebruiken. En daar zit hem de ironie. Want als je alleen maar bereid bent het laagst mogelijke niveau te gebruiken, is dat aan je te zien. Iemand met kwaad in de zin, maar ook je baas die een vervelend klusje wil afschuiven, is daar zo achter.
Dat betekent dat je veel vaker in vervelende situaties terecht komt. En dat betekent weer dat de kans steeds groter wordt dat je juist een hoger niveau van geweld zult moeten gebruiken.
Tegenovergesteld: als je bereid bent een hoog niveau van geweld te gebruiken, is dat óók aan je te zien. Dan zijn mensen veel minder geneigd je lastig te vallen. En dan hoef je dus meestal een lager niveau van geweld te gebruiken.
Dus kort gezegd: als je geen geweld wilt gebruiken, kom je erbij uit dat je meer geweld moet gebruiken, terwijl als je bereid bent meer geweld te gebruiken, je erbij uitkomt dat je veel minder geweld hoeft te gebruiken.
Handhaaf je grenzen
Vroeger had ik enorme weerstand tegen zelfverdediging. Omdat het de dader is die mijn grens overschrijdt, moet hij toch veranderen, niet ik? Dat betekent toch ook dat ik niet steeds mijn grenzen hoef te blijven aangeven; andere mensen moeten gewoon niet over mijn grenzen gaan!
Tja, daar had ik misschien ethisch gezien gelijk in. Maar het werkt niet. Mensen gaan nou eenmaal over je grenzen. Dat is helaas de werkelijkheid. Dus als je je gelijk even aan de kant kan zetten, hoe kun je dan zorgen dat je leven zo vrij, veilig en gelukkig mogelijk wordt?
Daar is maar één manier voor: dat begint bij wél je grenzen mogen aangeven, wél “nee” mogen zeggen, wél bereid zijn om voor jezelf op te komen, en wél te leren jezelf fysiek te verdedigen. Je bent niet alleen op de wereld. Je zult deel moeten nemen aan het sociale verkeer. En daarbij hoort, oprecht en met open vizier, mensen kunnen afwijzen. Het is eerlijk om in het sociale verkeer jouw grenzen aan te geven.
“Zachte heelmeesters maken stinkende wonden”, luidt een Nederlands spreekwoord. Een vroege “Nee dank je” voorkomt veel lijden. Je maakt geen beloftes die je toch niet na kunt komen. Je houdt niemand aan het lijntje. Je gaat geen leugens meer verzinnen. “Nee” zeggen is misschien even vervelend, maar je voorkomt langdurig lijden.
Bereidheid jezelf met fysiek geweld te verdedigen, voorkomt dat je als prooidier wordt gezien. Daarnaast is het gezond om dit te kunnen oefenen. Om fysiek een gevechtsoefening te doen, en een tik uit te mogen delen en te ontvangen. Het maakt het allemaal minder groot. Het maakt het minder persoonlijk. En het helpt je om je lichaam en geest veerkrachtig te maken.
Als je kunt zien dat geweld een onderdeel van de wereld is, en dat we allemaal soms over elkaars grenzen gaan, wordt geweld minder groot en eng. Als het iets is wat ook bij jou hoort, wat ook van jou mag zijn, heb je meer gereedschap om te gebruiken in situaties die niet gaan zoals je wilt.