Wat is de basis?

Als ik vertel dat ik les geef in zelfverdediging, vragen mensen meestal op wat voor gevechtskunst ik me dan baseer. Krav Maga? Karate? Taekwondo? Als ik dan zeg dat ik veel uit tai ji quan (“tai chi”) haal, kijken ze me vaak een beetje raar aan. Tai chi is toch iets wat ouderen doen om in beweging te blijven?

Dat klopt, maar tai ji quan is in wezen een gevechtskunst. Het betekent: “vechten volgens het ultieme principe”. Dat “ultieme principe” is de “tai ji”, het symbool van yin en yang. Hieronder heb ik 4 redenen opgeschreven waarom ik tai ji quan een goede basis vindt voor zelfverdediging.

#1 tai ji begint bij de basis
Een belangrijk gedeelte van tai ji quan gaat over leren bewegen. Amerikaanse zelfverdedigingsexpert en ervaringsdeskundige Marc MacYoung praat vaak over een aantal basisconcepten: balans, gewichtsverplaatsing en het maximale “afleveren” van kracht op de tegenstander.

Dit is precies waar tai ji quan aan werkt. Door technieken langzaam en zonder kracht uit te voeren, wordt er maximaal ingezet op het creëren van een goede lichaamsstructuur. Daarmee wordt je zelf minder snel uit balans gebracht, en kun je je tegenstander makkelijker manipuleren.

De allerbelangrijkste onderliggende factor daarbij is ontspanning. Een voorbeeld: Arkadiy Kadochnikov, leraar Systema aan de Russische Militaire Technische Academie, vroeg ons: “Je hebt een mes en een plank. Je mag kiezen, of je houdt het mes in je hand en ramt het zo hard mogelijk de plank in, of je zet de plank op een meter afstand en gooit het mes erin. Wanneer komt het mes dieper?”

In eerste instantie zou je misschien zeggen, “als je het mes in je hand houdt”. Dan kun je natuurlijk de meeste kracht uitoefenen, tot na het moment van impact. Terwijl als je het mes weggooit, gaat het steeds langzamer omdat je er geen kracht in kunt blijven stoppen.

Dat blijkt toch niet helemaal te kloppen. Er zijn namelijk allerlei mechanismen in je lichaam die remmen. Terwijl als je het mes gooit, er geen remmen meer op zitten.

Deze “remmen” zijn spanningen in je spieren. Een arm heeft een bepaald gewicht (ca 5% van je lichaamsgewicht); zeg 3,5 kilo. Dat zijn meer dan 3 pakken suiker! Als je met een ontspannen arm kunt slaan, sla je je tegenstander dus met een gewicht van 3 pakken suiker. Onnodige spierspanningen halen daar gewicht vanaf. Ontspanning is dus ook in zelfverdediging, net als in de rest van je leven, van groot belang.

#2 tai ji is veelzijdig
Yang Luchan, de grootmeester aan wie de Oude Yang Stijl die ik beoefen wordt toegeschreven, heeft goed om zich heen gekeken. Hij heeft de verschillende gevechtsscholen om hem heen: kung fu, xing yi quan, baguazhang en Chen-stijl tai ji quan in zijn school verenigd.

Tai ji quan bevat niet alleen stoten en trappen, maar ook klemmen, worpen en ontwrichtingen. Veel daarvan zie je ook weer terug in aikido, karate en ju-jutsu.

#3 tai ji is realistisch
Waarom kun je niet zo goed sparren in tai ji? Omdat de aanvallen in tai ji niet zijn gebaseerd op vechten volgens regels. Bij vechtsporten wordt afgesproken welke doelen je mag raken, en dat zijn vaak “cleane” doelen: het hoofd, de borst, de bovenbenen.

Bij tai ji quan zijn veel van de aanvallen naar de keel, de plexus, de oksel, het kruis en de knieën. Die aanvallen worden gecombineerd met ontwrichtingen en worpen. Als je dat tijdens het sparren doet, heb je of heel erg veel beschermende kleding nodig, of je gaat nogal snel door je trainingspartners heen…

Maar het is wel realistisch. Iemand die jou aanvalt, kiest jou uit omdat hij sterker is dan jij. Hij speelt dus eigenlijk al vals. Wil je daar “volgens de regels” iets tegen doen, dan verlies je.

Daarom oefenen we langzaam. Arkadiy Kadochnikov leerde ons oefenen met echte messen. Dat kun je alleen maar heel langzaam doen, want het is natuurlijk erg gevaarlijk – maar wel realistisch.

#4 tai ji is een open systeem
De bewegingen die je leert in de “vorm” van tai ji quan zijn eigenlijk nog onbepaald. Dezelfde beweging kan op verschillende manieren toegepast worden. Het kan bijvoorbeeld een duw, een stoot, een worp of een klem zijn, afhankelijk van hoe je invulling geeft aan de bewegingen van de benen, het lichaam en de armen.

Dat geeft je de mogelijkheid om met de technieken te spelen. Laatste heb ik bijvoorbeeld een toepassing “uitgevonden” voor een van de bewegingen. Natuurlijk ben ik vast niet de eerste die dat zo heeft bedacht, maar niemand heeft het me voorgedaan. Het ontstond toen ik zocht naar een manier om controle te houden over de handen van de tegenstander.

Spelen met de mogelijkheden!
Deze 4 punten maken tai ji quan volgens mij tot een ideale basis voor zelfverdediging. Leren je lichaam te gebruiken – essentieel. Realistische doelen aanvallen, die je tegenstander doen schrikken of zichzelf doet beschermen – onmisbaar. Verschillende technieken leren, zodat je weet wat er allemaal mogelijk is – heel belangrijk. En ten slotte, de spirit om te spelen met mogelijkheden – misschien wel de belangrijkste mentale instelling om te overleven in alle omstandigheden.

Tot ziens bij de training!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *