Cursus of vechtsport?

Verreweg het grootste gedeelte van mijn inkomsten gaat jaarlijks op aan trainingen, seminars, stages en… nog meer trainingen. Dat is natuurlijk niet voor iedereen weggelegd. Wat zijn de mogelijkheden om je weerbaarheid te vergroten, en hoe maak je een keuze?

Ik denk dat er ruwweg 3 verschillende dingen zijn die je kunt gaan doen:

  • Een vechtsport (boksen, wedstrijdkarate en -judo, etc)
  • Een gevechtskunst (tai ji, wushu, karate, aikido etc)
  • Een cursus zelfverdediging

Elk van die 3 heeft voor- en nadelen.

Vechtsport
Waar vechtsporten goed voor zijn, is het trainen van snelheid en reflexen. Die zijn natuurlijk essentieel in een gevecht. Daarbij komt dat je bij semi- of full-contactsporten leert incasseren. Als dat op een goede manier gebeurt (en dat is een grote “als”), leer je beter om te gaan met stress, angst en pijn.

Er zijn ook nadelen aan. Boksen is nogal controversieel omdat de schade die daar wordt toegebracht, slecht is voor de hersenen. Medische organisaties in de VS en Engeland hebben daarom opgeroepen tot een verbod op boksen. Ik ken echter iemand die aan Frans boksen, “savate”, doet, en vertelt dat bij hen slagen naar het hoofd worden vermeden.

Ten tweede leer je bij boksen vaak met de vuist naar het gezicht te slaan, wat in het echt onverstandig is, omdat het hoofd door een heel harde helm, de schedel, beschermd wordt. Grote kans dat je botjes in je hand breekt (medische term: “boksershand”) als je daar met je vuist op slaat.

Gevechtskunsten
Gevechtskunsten hebben naast sparren (wat je met vechtsporten zou kunnen vergelijken) vaak ook solo-oefeningen en voorgeschreven oefeningen in tweetallen. Daarbij kun je realistischer aanvallen trainen dan bij vechtsporten, omdat je een realistische aanval, zoals een slag naar de keel, natuurlijk niet op een echt mens kunt uitproberen.

Bij gevechtskunsten kun je je “uren maken”: de bewegingen net zo lang trainen tot ze in je lijf zitten en op de meest optimale manier kunnen worden uitgevoerd. Je leert er vaak veel verschillende technieken die je in verschillende situaties zou kunnen toepassen.

Daarnaast leer je de discipline om jezelf te verbeteren, de etiquette om prettig met elkaar te kunnen oefenen, en het plezier om je lichaam te mogen gebruiken.

Een nadeel is dat de technieken voor iedereen hetzelfde zijn. Ongeacht hoe groot, klein, dik of dun je bent; over het algemeen leer je dezelfde technieken. Terwijl een verschil in lengte of gewicht in het echt wel degelijk uit kan maken.

Ten tweede liggen die technieken vaak vast. Er is ooit vastgesteld hoe ze moeten worden uitgevoerd, en dat is hoe het nu nog steeds wordt onderwezen. En er wordt nogal eens geoefend op een afstand die niet realistisch is.

Cursus zelfverdediging
Het grootste nadeel van een cursus is natuurlijk dat het maar van korte duur is. De meeste instructeurs hameren erop dat je technieken en situaties moet trainen, trainen, trainen – tot het onderdeel is geworden van je lichaam, van je “muscle memory”, van wie je bent. Daar is een cursus natuurlijk eigenlijk te kort voor.

Het voordeel van een cursus is dat je er dingen leert die je niet leert bij een vechtsport of een gevechtskunst. Dat zijn bijvoorbeeld de mentale en sociale aspecten van seksueel geweld.

Daarnaast begint een goede cursus met de principes die ten grondslag liggen aan de technieken uit de gevechtskunsten. Afstand, balans, gewichtsverplaatsing, enzovoorts. Die worden bij gevechtskunsten vaak onderwezen als afgeleide van de technieken, op een langzamer tempo. De meeste gevechtskunsten zijn namelijk “Wegen” die je de rest van je leven kunt bewandelen.

Een ander voordeel is dat je tijdens een goede cursus leert spelen met de mogelijkheden. Er bestaan eigenlijk helemaal geen voorgeschreven technieken: als het werkt, doe je het goed; werkt het niet, moet je iets anders verzinnen. Je krijgt feedback op het niveau van de principes, zodat je de basis van je bewegen kunt verbeteren; niet op de uitvoering ervan.

Toen de gevechtskunsten ontstonden, had natuurlijk iedere vechter zijn of haar eigen technieken; voorgeschreven regels waren er nog niet. Echte zelfverdedigingstechnieken zijn levend, veranderlijk, aangepast aan jouw lichaam en jouw omstandigheden.

Dus…
Elk van de 3 keuzes heeft voor- en nadelen. Een van de redenen waarom ik ben begonnen cursussen te geven, was omdat ik merkte dat tijdens gevechtskunstlessen er vaak niet op de juiste, realistische afstand getraind werd. En dat (misschien wel daarom) trainen op de juiste afstand voor veel vrouwen onprettig voelde. Daar wilde ik iets aan doen. Daarom geef ik de lessen van deze cursus specifiek voor vrouwen.

Tijdens de lessen van mijn cursus krijg je informatie over seksueel geweld, en het voorkomen daarvan, die je bij vechtsporten of gevechtskunsten hoogstwaarschijnlijk niet krijgt. Tegelijk krijg je vanaf het begin al les in de principes, en heb je de mogelijkheid om zelf uit te zoeken wat voor jou werkt.

Natuurlijk is de tijd beperkt. Daarom geef ik al mijn leerlingen na de eerste cursus advies over wat ze daarna kunnen gaan doen, gebaseerd op mijn observaties van hen tijdens de lessen. De één raad ik aikido aan, de ander tai ji, een derde karate. Daarnaast biedt ik een vervolgcursus aan voor degenen die op een vechtsport of gevechtskunst gaan teveel vinden.

Ik denk dat je met de lessen van mijn cursus een voorsprong in begrip hebt als je daarna overstapt naar een gevechtskunst of vechtsport, en dat je de dingen die je daar leert, kunt bewerken met jouw kennis en ervaring, om ze levend en effectief te houden.

Kijk op de pagina zelfverdediging voor meer informatie over de cursus, of schrijf je direct in.

Tot ziens bij de training!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *